Kinderopvang mag geen luxegoed worden
Ondernemers in de kinderopvang berichten dat de wachtlijsten
in hun sector langer worden. De gemiddelde wachttijd is nu een jaar. Een
verdubbeling ten opzichte van anderhalf jaar geleden. Enerzijds komt dat door
de economische groei: meer ouders willen (weer) aan het werk. Volgens
het CBS gaan in totaal al bijna 800 duizend kinderen naar de
kinderopvang. Anderzijds neemt de krapte toe als gevolg van strengere kwaliteitseisen.
Bron: ANP |
Zo is het sinds dit jaar wettelijk verplicht op elke drie in
plaats van vier baby’s een leid(st)er te hebben. Met die aanscherping wil de
overheid de kwaliteit van de kinderopvang verder vergroten. Een nobel streven. Als
ouder brengt je je dierbaarste bezit naar de kinderopvang. Wel zo prettig als
er streng wordt toegezien op de kwaliteit daarvan.
Krapte
Die extra pedagogisch medewerkers moeten echter wel gevonden
worden. Tijdens de economische crisis is er fors bezuinigd op kinderopvang. In
die jaren zijn veel werknemers verloren gegaan voor de sector. Het aantal
openstaande vacatures is inmiddels opgelopen tot 4.500. Kinderopvangorganisaties
moeten dus meer personeel aannemen terwijl die markt al krap is.
Kinderopvangbedrijven kunnen gaan concurreren op
beschikbaarheid. Door betere arbeidsvoorwaarden te bieden kunnen ze proberen
personeel aan zich te binden. En zo de wachtlijst in te korten ten opzichte van
hun concurrenten. De extra personeelskosten berekenen ze door aan de ouders.
Uurprijs
Dat is al terug te zien in de ontwikkeling van de gemiddelde
uurprijs: uit een steekproef
van de NOS blijkt dat die dit jaar stijgt met zo’n 8 procent. De
overheid vergoedt voor een modaal inkomen tot bijna 90% van de kosten van de
kinderopvang, tot een maximum van 8,02 euro per uur. De gemiddelde
uurprijs die ouders moeten betalen ligt volgens de steekproef met 8,06 euro
echter al enkele centen boven het maximumtarief.
De overheid heeft daar gelukkig wel oog voor door de
maximumtarieven en het percentage van de kosten dat wordt vergoed te verhogen. De
laagste inkomens betalen nog maar 4% zelf. Dat laat onverlet dat de prijs die
ondernemers rekenen steeds vaker het maximumtarief dreigt te overschrijden. Gezinnen
met een lager inkomen kunnen de extra kosten als gevolg van de oplopende
wachtlijsten dus niet vanzelfsprekend dragen.
Personeelstekort verdient aandacht
Daarmee dreigt de investering in kwaliteit zijn doel voorbij
te schieten. Niet iedereen kan het zich veroorloven uit te wijken naar een
duurdere aanbieder waar de wachttijd mogelijk korter is. De strengere eisen
verhogen de kwaliteit overal, daar heb je echter alleen profijt van als je kind
er ook daadwerkelijk terecht kan. Er zijn nu al signalen van met name moeders
die minder gaan werken of zelfs het hervatten van hun werk uitstellen.
Het oplossen van de personeelstekorten verdient evenveel
aandacht als het verhogen van de kwaliteit van de kinderopvang. Toenemende
kwaliteitseisen zijn verstandig maar ze mogen er niet toe leiden dat kinderopvang
in sommige regio’s of steden een luxegoed wordt. Toegankelijkheid,
betaalbaarheid en bereikbaarheid is immers ook belangrijk voor de ontwikkeling
van het kind en zijn of haar ouders.
Bart Visser is econoom die graag schrijft over politiek, bestuur en zorg.
Bart Visser is econoom die graag schrijft over politiek, bestuur en zorg.
Toenemende kwaliteitseisen zijn niet verstandig per se, de discussie wordt te veel intern gevoerd. Nu al mogen een heleboel dingen niet op de BSO die wel mogen op een basisschool, wat is de zin daarvan?
BeantwoordenVerwijderenDe eisen zoals in dit stuk beschreven gaan over baby’s < 1 jaar. Die gaan niet naar de BSO. Heb je voorbeelden van in jouw ogen onzinnige eisen?
Verwijderen